35. Leek leest mee, als het mag

Toen ik voor mijn eerstegraads bevoegdheid studeerde was een onderdeel van de opleiding het schrijven van een portfolio dat aan allerlei eisen moest voldoen. Om het gewenste eindniveau te halen (dat waarmee je de bevoegdheid krijgt) was het noodzakelijk om de schrijfsels eerst ter voorlezing aan te bieden zodat eventuele fouten (spel-, grammaticale, inhoudelijke, logische en nog veel meer mogelijke fouten) er op voorhand al uit konden worden gehaald. En dat bleek nodig, want wat een wereld van verschil is er tussen wat je in je hoofd heel duidelijk voor ogen hebt en wat er dan op papier van verschijnt!

Maar dat laten voorlezen ging, bij mij, niet van harte. Ik hoef niemand uit te leggen hoe vervelend het is om op je onvolkomenheden gewezen te worden, zelfs als je best weet wat er aan schort. Ik deed het niet graag want als de kritiek komt kun je, nadat je je ego weer hebt opgepept en al je moed maar weer bij elkaar hebt geschraapt, je halve werk opnieuw schrijven. Waarbij vervolgens de conclusie compleet kan veranderen, je nog weer dingen moet doen om in het stuk te verwerken want anders kan je net zo goed niets inleveren, kortom:…drama! En ik ben liever lui dan moe.

Tot zover de nadelen, die beslist wegvallen tegen de voordelen van anderen met je mee laten lezen. Je wordt namelijk ook gedwongen om voor anderen begrijpelijk te zijn, je moet heel helder hebben wat je wilt zeggen en je wordt je bewust van associaties (door misconcepties) die anderen van je schrijven krijgen. En daar moet je rekening mee houden. Dat geldt voor alle publicaties, of de doelgroep nou klein of groot is, intellectueel of ongeschoold, reeds ingewijd of helemaal niet.

Wetenschappelijke stukken worden alleen door mede-wetenschappers beoordeeld en goedgekeurd, om voor de hand liggende redenen, voordat ze wereldkundig gemaakt worden. Maar de wetenschappelijk onderzoekswereld heeft last van een hoop problemen. Feiten worden door het grote publiek als meningen of zelfs nepfeiten beschouwd, er is grote publicatiedruk maar te weinig tijd voor alle vereiste peer-reviewlezingen en er zijn te veel flexwerkers waardoor continuïteit, waarborgen van kennis en kwaliteitsborging onder grote druk staan, om een paar belangrijke te noemen. Daarnaast bestaat er maatschappelijke behoefte om meer wetenschappelijk onderzoek in het onderwijs te laten doordringen en om het grote publiek vertrouwder te maken met de regels die voor wetenschap gelden, waardoor inzichtelijker wordt wanneer je iets moet geloven en wanneer niet.

Nu heeft de moderne docent een groot gebrek aan extra tijd, maar sommigen hebben desondanks ook een grote behoefte aan meer kennis over de ontwikkelingen in het eigen vakgebied. En door bezig te zijn met die nieuwe inzichten raken je lessen, in mijn geval ten minste wel, geïnspireerder en actueler waarbij de leerling ook meteen een beter beeld krijgt van waarom iets geleerd moet worden en wat je zoal met die kennis kunt doen. Dus zou het geweldig zijn wanneer artikelen die nog voorgelezen moeten worden online verschijnen, waarbij lezerstoegang minimaal mogelijk is voor wetenschappers en docenten, zodat wie in het onderwerp geschoold en/of geïnteresseerd is commentaar kan leveren waar de schrijver dan weer zijn voordeel mee kan doen en inhoudelijk betere maar ook nog beter leesbare stukken produceert (niet dat ik kritiek heb, want ik ken ze domweg niet). De commentator weet zo wat leeft en speelt, het grotere publiek (dan die paar mede-wetenschappers) kijkt mee met het spel van creëren en doorlaten van feiten en docenten worden behoed voor algehele intellectuele verveling. Want laten we wel wezen; voor wie wil blijven leren biedt het onderwijs op de langere termijn niet erg veel uitdaging.